In deze regen van machines, uitgaves en vrouwen met kinderen eerst,
dwaalt een zomermeisje, haar jurk in flarden, flapperend in het zonlicht,
Het kruislingscontact houdt haar wakker, e-interactie.
Ze wacht op antwoorden, enige vorm van reactie,
dit is bedachtzaamheid zonder actie.
Ze wandelt op een paadje, de eerste lenteknoppen kent ze uit andere disneyverhalen, bespeurt de wereld offline. Er is zon,
zoals de zon vandaag.
Een schoolagenda wordt de vijver ingekeild,
vanaf nu zijn dagen niet meer belangrijk.
ze ziet wel wat ze doet op dag 8.
Ergens onder een boom, leest ze
een boekje zonder jij en ik. Terwijl de avondkou langzaam de dag binnensluipt. Temperatuur en eenden dalen, zoeken liefde voor de nacht.
Wanneer ze s’avonds thuiskomt, de ouders aan de keukentafel ziet,
de lente nog even van zich afschudt voor de laatste momenten vol winterknusgevoel,
denkt ze “vanavond blijf ik gezellig binnen.”
terwijl via spleten in vensterbanken de kou binnendringt, terwijl moeder de keel schraapt, bitsig aan de muren met oren en niemand in het bijzonder vraagt:
“Waar zat je nu weer je tijd te verdoen vandaag?”
Jee Kast 2011
Leave a Reply